Het belang van deelherstel en wettelijke documenten

Het belang van deelherstel bij verzuim en het opmaken van wettelijke documenten

Deelherstel betekent dat een medewerker na een periode van verzuim weer (gedeeltelijk) aan het werk gaat. Het is een belangrijke stap in het herstelproces: samen kijk je wat wél mogelijk is, in plaats van te focussen op wat nog niet lukt. In overleg met de medewerker – en met advies van de bedrijfsarts – bepaal je welke werkzaamheden en hoeveel uren passend zijn.

Je registreert vervolgens bij jouw arbodienstverlener en eventueel de verzuimverzekeraar voor welk percentage de medewerker nog ziek is. De loonwaarde wordt berekend op basis van de daadwerkelijke productiviteit, die kan afwijken van het aantal gewerkte uren.

Marian Danenberg, Adviseur Arbeid & Gezondheid bij De Arbodienst, deelt welke stappen hierbij nodig zijn.

Stappenplan Een goed ingericht deelhersteltraject vraagt om duidelijke afspraken en een zorgvuldige aanpak. Met deze stappen kun je het proces goed begeleiden.

1. Gesprek met de medewerker: Voer een open en oordeelvrij gesprek over de mogelijkheden voor gedeeltelijke werkhervatting. Bespreek welke werkzaamheden al mogelijk zijn, rekening houdend met de klachten.
2. Advies van de bedrijfsarts: Laat de belastbaarheid vaststellen door de bedrijfsarts. De bedrijfsarts kan ook vaststellen of arbeidstherapie (AT) zinvol is. Arbeidstherapie betekent dat een medewerker tijdelijk lichte of aangepaste werkzaamheden verricht met als doel om te wennen aan werken en het herstel te bevorderen. Het gaat dus niet om productief werk, maar om werk als onderdeel van het herstelproces.
3. Melden van deelherstel: Meld het gedeeltelijke herstel via je verzuimsysteem of je arbodienstverlener. Geef hierbij het percentage herstelde uren of het ziektepercentage op, afhankelijk van de afspraken en het systeem. Meld dit zo snel mogelijk, bij voorkeur binnen twee werkdagen, om administratieve en financiële problemen te voorkomen.
4. Loonaanspraak en loonwaarde bepalen: De loonwaarde van de werkzaamheden kan lager zijn dan het aantal gewerkte uren, omdat de productiviteit (tempo en kwaliteit) mogelijk nog niet volledig is. Bereken de loonwaarde op basis van de daadwerkelijke inzetbaarheid, bijvoorbeeld de helft van de taken binnen 25% van de uren.
5. Aangepast werk: Tijdelijk passend werk kan deelherstel ondersteunen. Indien dit werk in dezelfde loonschaal valt als het eigen werk, kan de loonwaarde op 100% van de gewerkte uren worden vastgesteld.

Opstellen wettelijke documenten: start met een plan van aanpak

De Wet verbetering Poortwachter stelt dat rond de zesde week een Plan van Aanpak opgesteld moet worden, naar aanleiding van de probleemanalyse. In het Plan van aanpak staan de afspraken die de werkgever en de medewerker maken over de re-integratie. Zij beschrijven hierin ook wat zij vinden van de afspraken. Marian Danenberg van De Arbodienst, legt in dit artikel uit wat er nodig is voor het Plan van aanpak.

Wanneer Plan van aanpak maken

De medewerker en werkgever gebruiken voor het maken van het plan de informatie uit de probleemanalyse. Zij doen dit uiterlijk twee weken nadat de bedrijfsarts of arbodienstverlener de Probleemanalyse heeft gemaakt.

Samen werken aan re-integratie

De werkgever en medewerker zijn samen verantwoordelijk voor de re-integratie . Zij kunnen hulp vragen van de arbodienstverlener. In het Plan van aanpak kunnen de volgende afspraken staan:

· Aanpassingen van het werk (bijvoorbeeld: taken anders verdelen, werkzaamheden ruilen met een collega, minder uren werken, andere werktijden).

· Aanpassingen van de werkplek (bijvoorbeeld: een andere stoel, betere ventilatie, een andere ruimte).

· Volgen van een interventie.

· Volgen van een cursus of opleiding.

· Loopbaanbegeleiding.

Passend werk

De medewerker moet passend werk altijd accepteren. Passend werk is werk dat de medewerker nog kan doen. Aangepast werk in de sociale werkvoorziening wordt meestal niet als passend werk gezien.

Voortgangsgesprekken en het re-integratieverslag

De werkgever en medewerker bespreken minstens eens keer in de 6 weken hoe het gaat met de re-integratie. Op basis van deze voortgangsgesprekken stellen zij het Plan van aanpak bij, als dat nodig is. Zij doen dit in het formulier (eerstejaars) evaluatie. Deze verslagen zijn ook nodig voor het re-integratieverslag bij de eventuele WIA-aanvraag.

Wil je meer weten over de stappen rondom verzuim en herstel? Neem dan contact op met De Arbodienst. NUVO heeft een samenwerking met De Arbodienst als vaste arbodienstverlener voor jouw organisatie.

Kijk voor meer informatie op dearbodienst.nl.